Geen mens is een slecht mens
In 2009 werd ik gezakkenrold door een junk. Hij jatte een tientje uit mijn broekzak en dat raakte zoiets dieps in mij, dat ik voelde alsof ik hém wel van zijn leven wilde beroven. Later ging ik koffie drinken met mensen van de straat en zag ik ook hem regelmatig. Hij zat vaak maar wat voor zich uit te staren en hij had nooit een vrolijke blik in zijn ogen. De eerste paar keren dat ik hem zag was ik bang voor hem, hij had me iets vreselijks aangedaan, zo voelde het.
Via mijn toenmalige vriendin leerde ik een groep Somalische Groningers en hun verhalen kennen en hoorde ik dat Abdi als kindsoldaat veel had meegemaakt. En zo zag ik hem steeds meer en konden we later af en toe wat uitwisselen en mocht ik ooit deze foto van hem maken. Door met meer rust en aandacht naar hem te kijken ging ik de mens zien, de mens met zijn verhaal. Dat die mens probeerde een tientje van me te jatten was slechts een momentopname en met mijn kennis van later heel begrijpelijk. Geen mens is een slecht mens.
Nobody is Perfect
Veel mensen kennen Theo als die man met die hond en/of die stok, die weleens heel naar en agressief kon doen. Klopt. Maar als je hem vroeg hoe het met hem ging dan had je heel vaak een heel ander gesprek en zo vertelde hij me op een dag dat hij in het vreemdelingenlegioen had gediend. Op zijn hoofd staat in het Hebreeuws ‘Nobody is Perfect’. ‘Alles wat je meemaakt, vormt je.’ las ik van Noraly.
Elk mens heeft een verhaal en maakt een thuis
Ik leerde Youp en Aram kennen. Twee huisgenoten, die samen onder de ring sliepen. Allebei op hun eigen bed en bank. Elk mens heeft zijn verhaal en doet zijn best om zich een beetje ergens thuis te kunnen voelen.
Ook Jonny zijn moeder was overleden
Jonny liet tijdens een wandeling zien dat een vriend van hem nog lag te slapen. Duizenden mensen wandelden, fietsten, snelden dagelijks aan hem en zijn huisje, zijn holletje voorbij. Maar ook daar lag niet alleen wat afval of een slaapzak in de bosjes, in het Noorderplantsoen, maar een mens, als je maar even iets beter, iets langer keek dan voorbij snellen.
Jonny leerde ik kennen als Riepe-verkoper, als voormalig dakloze. Toen hij me belde, een paar dagen nadat mijn moeder was overleden, me condoleerde en me op mijn hart drukte dat ik maar even aandacht voor dit grote verlies moest hebben, sprak ik een vriend, die mij alle goeds wenste, ‘want ik moest na het overlijden van mijn moeder, van mijn pa, meteen weer aan het werk en je weet hoe het met mij is afgelopen.’
Diversiteit en inclusie ervaren
Heleen en Sander nodigden Vamba en mij uit om voor ZorgpleinNoord een middag te verzorgen over diversiteit en inclusie. We vroegen ons af: wat is dat eigenlijk en hoe kun je dat ervaren?
Diversiteit en inclusie gaan over de ander zien, jezelf zien in de ander, iets vertrouwds zien in de ander, je veilig voelen bij de ander, zodat je in veiligheid samen kunt zijn, doen en uitwisselen. Die veiligheid is alles behalve vanzelfsprekend.
Duizenden jaren leefden onze voorouders samen in kleine stammen van soortgenoten, mensen op wie je leek, met vaste rollen en vaak eeuwenoude stampatronen en macht en politiek. Iets anders, een ander tegenkomen betekende niet zelden gedoe, ruzie, strijd, oorlog, zeker vanaf het moment dat we ons jager-verzamelaars-bestaan opgaven, land gingen toeëigenen en ingewikkeld gingen doen over mijn en dijn. Duizenden jaren lang leerden we dat je moet oppassen met die ander.
Elkaar langer aankijken
Als je iemand elf minuten lang in zijn, hun of haar ogen kijkt, dan zie je niets meer dan ogen, je gaat op in de ogen, je gaat op in de ander. Maar wat zie je eigenlijk? Wie zie je eigenlijk? Wat betekent het trillen van dat ooglid? Komt er een traan? Lacht die ander nou ineens naar je of is dat alleen wat je wilt zien? Zie je misschien jezelf in de ander? Alles valt weg en je ziet wat er te zien is.
We nodigden iedereen uit om elkaar elf minuten lang aan te kijken, in stilte, met alle aandacht om daarna elf minuten elkaar te blijven aankijken en uit te wisselen wat er te delen was. De één deelde, de andere luisterde, zonder oordeel, met alle aandacht en andersom of nog eens en nog eens. Dat verzachtte, dat gaf rust, dat gaf een gevoel van vertrouwdheid, van nabijheid, van menselijkheid misschien. We zagen elkaar. We zagen een mens. We zagen de mens.
Anno 2023 kunnen we samen verder komen. Elk mens is een mens. We zijn eigenlijk allemaal als druppels water zo gelijk en toch allemaal een beetje uniek. We kunnen elkaar vertrouwen, met elkaar uitwisselen en van waarde zijn met wat we allemaal met onze uniekheid te bieden hebben.
Gewoon een Kop Koffie was een uitnodiging om gewoon een kop koffie met elkaar te drinken en even aandacht voor elkaar te hebben. Want…
‘Als je vijf dagen op straat leeft, dan voel je je geen mens meer. Je stinkt. Je bent moe. Je schaamt je. Je durft mensen ook niet meer recht in de ogen aan te kijken, laat staan met ze te spreken. Mensen kijken jou ook niet meer aan. Dus neem je ook de moeite niet meer. Je wordt een dier, een roofdier, die overleven moet. En wordt dan maar weer’ns mens.’
Wil je ook een lezing / bijzondere bijeenkomst? Vraag me gerust. Ik breng graag mensen bij elkaar om ze te laten doen wat er moet gebeuren.
Heleen, Sander, Vamba, dank voor de uitnodiging, de ruimte, voor de uitwisseling.
Rust. Aandacht. Liefde.